Blog
Vanaf 3 mei 2017 kun je mij via deze blog volgen. Gedurende de komende weken kun je hieronder berichten gaan vinden. Je zult lezen over mijn ervaringen de komende 10 weken met de minor kind leren media en natuurlijk hoe ik tools gebruik op mijn stageschool!
Auteur
Cindy van Tiel
Student FHKE Veghel
De laatste loodjes wegen het zwaarst
25 juni 2017
Het einde van de minor komt in zicht en zoals ze altijd zeggen: "De laatste loodjes wegen het zwaarst!" Komende woensdag moet alles ingeleverd worden en tot die tijd moet ik nog even hard werken. De laatste toolbeschrijvingen, de laatste fases van het onderwijsontwerp en nu natuurlijk de laatste blog. In deze blog kijk ik terug op de minor. Wat was mijn verwachting van de minor, hoe heb ik het beleefd, wat heb ik allemaal geleerd, wat heb ik de stage mee kunnen geven en waar zou ik me nog meer in willen verdiepen. Ben je benieuwd hoe ik de afgelopen weken heb meegemaakt? Lees dan snel verder.
Voordat dat minor van start ging wist ik niet zo goed wat ik van de minor kon verwachten. Ik had al wel gehoord van klasgenoten dat je een blog bij moest houden, tools moest beschrijven en een onderwijsontwerp moest maken. Maar ik wist totaal niet wat ik van de lessen en activiteiten vanuit school kon verwachten. Ik had verwacht dat we heel veel tools aangeboden zouden krijgen en dat we de kans kregen om tools te ontdekken en uit te proberen. Ik kwam er na twee weken al achter dat dit niet de juiste verwachting was. Het was namelijk vooral theorie wat we aangeboden kregen. De theorie kon je weer in de blog verwerken. Zodoende dat ik dus zelf op onderzoek uit ben gegaan welke tools ik zou willen testen bij de kinderen. De tools die ik heb uitgekozen kun je vinden onder het kopje Tools. De reactie van de kinderen die de tools samen met mij hebben getest was erg tof om te zien. Sommige tools zijn beter uit de verf gekomen dan andere tools, vooral kahoot vonden de kinderen super gaaf. Hier komt dan het stukje gamification weer om te hoek kijken.
Door de jaren heen heb ik mezelf al goed leren kennen en daarom had ik een goed voornemen om een planning te maken, zodat ik op het laatste moment niet in tijdnood kom. Vanaf 15 mei had ik al een planning gemaakt. Ik had er alles in verwerkt, zoals wanneer ik aan mijn tools, onderwijsontwerp en blogs zou werken en ook wat ik die dag zou uitwerken. En wat denk je? De laatste week voor het inlevermoment moet ik toch nog meer doen, dan ik van tevoren had gedacht.
Maar ik ben enorm trots op het feit dat ik de afgelopen weken steeds meer de Ipad in de handen van kinderen zag en dat ook mijn mentor hier erg positief over was. Kinderen vroegen of ze de Ipad mochten pakken en ik heb dat zoveel mogelijk gestimuleerd. Meer informatie over mijn onderwijsontwerp over het effectief inzetten van de Ipad kun je onder de link Onderwijsontwerp vinden. Toch heb ik heel veel geleerd tijdens deze minor. Ik ben mezelf nu bewust van het inzetten van ICT. Het moet niet alleen 'leuk' zijn, maar er moet ook een doel achter zitten. Het TPACK model kan je hier heel goed bij helpen. Ik merk als kinderen met ICT bezig zijn, dat de betrokkenheid van kinderen veel hoger is. Ze kunnen zich langer concentreren en leren ook met meer plezier. Niet alleen de kinderen zijn hierdoor meer betrokken. Ook de juf kan erg genieten van de betrokkenheid van de kinderen.
Voordat ik aan deze minor begon was ik nog niet zo bekend met ICT in het onderwijs. Dit zie je ook in mijn allereerste blog op deze pagina. Ik was niet alleen niet zo bekend met ICT in het onderwijs, maar ook hoe ik verschillende manieren van ICT kon toepassen. Ik merkte ook op de verschillende scholen waar ik heb gestaan dat zij hier nog niet zo ver mee zijn. Er is veel meer te bereiken met ICT in het onderwijs en dit zou ik graag willen verspreiden op de scholen waar ik nog kom. De kennis die ik de afgelopen minor heb opgedaan ga ik ook zeker toepassen volgend jaar in mijn afstudeerjaar en als ik afgestudeerd ben op de scholen waar ik ga werken.
Tot zover, mijn laatste blog voor de minor KLM. Op naar de afronding van de minor!
Wat is een wereld nu zonder ICT?
22 juni 2017
Wat is een wereld nu zonder ICT? Overal waar je kijkt zie je in heel veel verschillende vormen ICT. Mobiele telefoons, computers, tablets, digitale wekkers, verschillende digitale leeromgevingen, maker education en nog veel meer innovatieve ontwikkelingen. Over de digitale leeromgevingen en maker education kun je hieronder meer lezen.
Volgens Arjan van der Meij (2014) is de afstand tussen een idee en een product heel klein geworden. Leerlingen die op deze manier 'maker' worden leren ongemerkt en worden uitvinders. En onze maatschappij zit te wachten op uitvinders. Op deze manier kunnen we de traditie van Nederland als 'maak- en ontwerpland' weer waar gaan maken.
Maker education
Wat is eigenlijk maker education? Ik heb van het begrip nog nooit gehoord. Wel ben ik ondertussen bekend met maker education. We hebben namelijk gebruik mogen maken van de 3d-printer ultimaker 2. Dit was echt heel gaaf om te zien. Heel fascinerend om iets te kunnen ontwerpen op de computer en vervolgens te zien dat het ook echt uit de printer komt en dat je het gewoon kunt vasthouden. Dat ik gave dingen met een 3d-printer kan doen, dat weet ik ondertussen. Maar wat nu echt maker education inhoudt, daar moet ik nog wel even over nadenken. Hieronder lees je de definitie van maker education.
"Maker Education betekent leren (door te) maken. Het is een creatieve manier om kinderen in staat te stellen uitvinders te worden; en stimuleert hoofd, handen en hart. In de afgelopen jaren zijn allerlei moderne technologieën goedkoop en makkelijker beschikbaar geworden. Denk daarbij aan 3D-printers en elektronica, waarmee kinderen op een laagdrempelige manier kunnen ontwerpen én maken. Leerlingen kunnen deze gereedschappen gebruiken om hun creativiteit te laten ontluiken."(Platform maker education, 2017)
Digitale leeromgevingen
Wat is een digitale leeromgeving? Een digitale leeromgeving is een omgeving waar zowel de docent als de leerling met elkaar kunnen werken en communiceren in het kader van het leerproces. Er zijn heel veel verschillende digitale leeromgevingen. Ik heb als student al ervaring op mogen doen met twee digitale leeromgevingen, namelijk N@tschool en Edmodo.
Vanuit Fontys hogeschool hebben ze N@tschool als digitale leeromgeving. Je kunt met N@Tschool! leren waar en wanneer je wilt. Waar ik N@tschool vooral voor gebruik is het bewaren van mijn documenten in mijn portfolio, dossiers samenstellen om te tonen aan andere gebruikers of ter beoordeling aan te bieden aan een docent. Soms vind ik het best lastig om met N@tschool te werken. Er is geregeld voor gekomen dat ik een document in N@tschool had gemaakt en dat ik na een tijdje ineens het document kwijt was. Sindsdien ben ik zuiniger op mijn documenten en sla ik de documenten altijd heel vaak op.
Het eerste semester van mijn derde leerjaar op de pabo hebben we gewerkt met Edmodo. Edmodo is een digitale leeromgeving en via deze omgeving kunnen leerkrachten communiceren met studenten, ouders en anderen. Er kunnen berichten op geplaatst worden door zowel leerkrachten als studenten, opdrachten kunnen ingeleverd worden en als de opdrachten beoordeeld worden krijg je meteen inzichtelijk hoeveel punten je hebt gekregen. Hierdoor houd je ook goed in beeld hoe jouw eigen voortgang is. Ik vond Edmodo erg fijn werken, doordat ik meteen wist waar ik aan toe was als ik iets ingeleverd had. Ik had mijn eigen ontwikkeling goed in beeld en wist precies waar ik dingen terug kon vinden. Erg fijn!
Bibliografie
Stroom, R. van der, (2014). Welke ELO's zijn er voor het basisonderwijs? Geraadpleegd op 22 juni 2017, van http://www.meesterralph.nl/wordpress/2014/08/23/welke-elos-zijn-er-voor-het-basisonderwijs/
Meij, A. van der (2014). Maker education in Nederland. Geraadpleegd op 22 juni 2017, van http://makered.nl/wat-is-maker-education/
Platform Maker Education (z.d.). Wat is maker education. Geraadpleegd op 22 juni 2017, van https://makereducation.nl/wat-is-maker-education
Reactie plaatsen
Reacties
Beste Cindy,
Je begint je blog over de Maker education. Erg leuk om te lezen dat je door de les op de pabo hebt geleerd wat dat nu is en dat je er ook zelf mee aan de slag bent gegaan. Je zet hierbij twee bronnen in, heel goed.
Hoe zou je dit zelf inzetten in je onderwijs?
Daarna komt het vervolg en gaat over een digitale leeromgeving. Je beschrijft hierbij duidelijk wat jou ervaringen zijn met Natschool en Edmodo. Heb je hierbij ook nadelen gevonden?
Ik zou misschien alleen voor deze blog een andere titel kiezen, omdat het niet precies de inhoud beschrijft die je in je blog hebt staan.
Wel prettig dat je er ook een plaatje bij hebt. Succes nog met het vervolg.
21st century skills zijn hip
18 juni 2017
Je hoort er zo vaak over: "21st century skills" of "21 eeuwse vaardigheden". Deze begrippen zie je overal terugkomen en vooral binnen het onderwijs. Maar wat zijn nu eigenlijk die 21st century skills? Wat valt er allemaal onder de 21st century skills? Wat zijn de belangrijkste skills op ICT-gebied? Wil je weten wat het is? Lees dan verder.
Wil je precies weten wat de 21st century skills zijn? Bekijk dan onderstaand filmpje. Don Zuiderman zal de 21st century skills per vaardigheid door middel van voorbeelden uitleggen.
Digitale geletterdheid
Digitale geletterdheid bestaat uit een aantal vaardigheden. Namelijk ICT-basisvaardigheden, mediawijsheid, informatie vaardigheden en computational thinking. Over digitale geletterdheid kun je in de blog "De informatie vliegt je om de oren..." meer lezen. Over computational thinking kun je hiernaast nog meer lezen.
Computational thinking
Definitie van computational thinking is het procesmatig (her)formuleren van problemen op een zodanige manier dat het mogelijk wordt om met computertechnologie het probleem op te lossen. Het gaat daarbij om een verzameling van denkprocessen waarbij probleemformulering, gegevensorganisatie, -analyse en -representatie worden gebruikt voor het oplossen van problemen met behulp van ict-technieken en -gereedschappen. (Pijpers, 2016)
Deze vaardigheid is zo belangrijk voor het onderwijs, doordat er vanuit bedrijven veel vraag is naar mensen die deze creatieve computervaardigheden beheersen. We kennen allemaal de basisvaardigheden van een computer, maar echt creatief kunnen werken met computertechnologie, dat gaat een stapje verder. Bijvoorbeeld bij het maken van een website, een video op YouTube zetten, een Google-enquête opzetten of een formule in Excel kunnen maken.
De vaardigheid computational thinking kun je vakoverstijgend inzetten. Denk maar aan programmeren. Dit kun je combineren met taal of wiskunde, door middel van de Blue-bot of Bomberbot. Wil je nog meer weten over hoe je bomberbot in kan zetten in het onderwijs? Klik dan op onderstaande button.
Zou jij het programmeren in willen zetten in het onderwijs? Voor hulpmiddelen voor het inzetten van programmeren, klik op onderstaande button.
Bibliografie
Eggink, M. (2016). Computational thinking - 'Op een creatieve manier problemen oplossing'. Geraadpleegd op 18 juni 2017, van https://www.kennisnet.nl/artikel/werken-aan-digitale-geletterdheid-zo-doe-je-dat/
Pijpers, R. (2016). Werken aan digitale geletterdheid, zo doe je dat. Geraadpleegd op 18 juni 2017, van https://www.kennisnet.nl/artikel/werken-aan-digitale-geletterdheid-zo-doe-je-dat/
Zuiderman, D. (2016). 21st century skills Xplained. Geraadpleegd op 18 juni 2017, van https://www.youtube.com/watch?v=Bgafr6XV53A
Reactie plaatsen
Reacties
Beste Cindy,
Wat fijn om te zien dat je een Xplained filmpje hebt gebruikt. Deze maakt goed duidelijk wat de 21st century skills nou precies inhouden.
Ik ben benieuwd wat de reden is geweest dat je alleen verder in bent gegaan op ‘computational thinking’ en niet op de andere drie vaardigheden. Voor mij komen deze in het andere bericht niet zo duidelijk naar voren.
Heel erg goed dat je al verwijst naar de tool: ‘bomberbot’. Ik ben erg benieuwd naar jou ervaringen met bomberbot.
Ook erg fijn dat je verwezen hebt naar de leerlijnen van de programmeren.
Goed bezig!
Groetjes,
Femmie
Welke hoeden zet jij op tijdens de mediaopvoeding?
15 juni 2017
Het wordt steeds warmer in Nederland, hierdoor is het moeilijker om aan school te zitten. Maar iedere week kraak ik toch weer mijn hersenen om te bloggen over nieuwe onderwerpen. Vandaag gaan we het hebben over de denkhoeden van De Bono en hoe je de mediadiamant kunt gebruiken tijdens de mediaopvoeding. Daarnaast zal ik nog wat vertellen hoe je de mediadiamant kunt combineren met de mediawijsheid. Ben je benieuwd? Lees dan snel verder.
Denkhoeden van de Bono
Binnen een basisschool kun je het beste van alle hoeden wel iemand hebben lopen. Zo kun je gebruik maken van elkaars hoeden. Wat voor jou lastig kan zijn, is voor een ander heel gemakkelijk. De denkhoeden van de Bono kun je gebruiken door jezelf verschillende hoeden op te zetten en zo een probleem op verschillende manieren te bekijken. Hierdoor krijg je nog meer in zicht over het probleem dat op tafel ligt. De denkhoeden kunnen er op die manier gemakkelijk voor zorgen dat er een goede oplossing op tafel komt.
Door de denkhoeden van de Bono wordt creatief denken mogelijk gemaakt. Door deze techniek te gebruiken in vergaderingen of discussie kan iedereen ideeën aandragen en kun je naar een passende oplossing zoeken.
Herken jij jezelf in één of meerdere van de denkhoeden?
Hiernaast op de afbeelding staan de denkhoeden afgebeeld, met per denkhoed verschillende kenmerken.
Mediawijsheid in combinatie met de mediadiamant.
Tegenwoordig groeien kinderen op met heel veel soorten media. Van filmpjes tot online muziek en spelletjes. Kinderen kunnen hier veel van leren, maar er zitten ook veel risico's aan de media. Hierdoor is het belangrijk dat kinderen veilig met media om kunnen gaan en de kinderen mediawijs worden. Wij, als leerkrachten, willen kinderen hierin begeleiden. Door gebruik te maken van de MediaDiamant en het competentieprofiel van mediawijsheid. Ook ouders kunnen met behulp van de MediaDiamant kinderen begeleiden in het veilig gebruiken van media.
De Mediadiamant staat voor het hebben van plezier, het maken van goede afspraken over veiligheid, het kiezen van goede inhoud, samen met media bezig zijn en het vinden van een goede balans. De Mediadiamant is een hulpmiddel om samen in gesprek te gaan met het kind over de verschillende kanten van mediaopvoeding
Het competentieprofiel van mediawijsheid bestaat uit 4 competenties. Onder deze competenties hangen drie componenten. Namelijk kennis, vaardigheden en houding.
Je maakt kinderen mediawijs door de kinderen inzicht te geven in de werking van media, de kinderen zelf media te laten gebruiken, de kinderen dingen uit te laten wisselen met anderen via media en als laatste de kinderen om te laten gaan met media.
Als je gebruik maakt van alle competenties, dan zijn de kinderen zich steeds meer bewust van de media en dus mediawijs!!
Bibliografie
Belt, B. van (2012). Bart van den Belt- De Denkhoeden van de Bono. Geraadpleegd op 15 juni 2017 van Website van Bart van den Belt: https://www.bartvandenbelt.nl/denkhoeden-van-de-bono/
Mediawijsheid.nl. (2017). MediaDiamant – Wegwijs in mediaopvoeding. Geraadpleegd op 15 juni 2017 van Website van mediawijsheid.nl: https://www.mediawijsheid.nl/mediadiamant/
Mediawijzer.net. (2013). Mediawijsheid is. Geraadpleegd op 15 juni 2017 van Website van mediawijzer: https://www.mediawijzer.net/wp-content/uploads/sites/6/2013/09/competentiemodel-korte-toelichting.pdf
Reactie plaatsen
Reacties
Hoi Cindy,
Je hebt een interessante blog geschreven. Leuk dat je ook een vraag aan de lezer stelt. Dit zet tot nadenken.
Slim dat je gebruik maakt van veel plaatjes. Dit verduidelijkt je tekst en je kunt veel in de plaatjes aflezen.
Leuke blog! Ik wordt nieuwsgierig naar jouw ervaringen.
Groetjes Marleen
Blended learning of toch VR/AR?
8 juni 2017
De afgelopen weken hadden we een 'mini-vakantie' en een 'tussenweek' waarin geen aanbod op de pabo was. Maar ik heb niet stilgezeten de afgelopen weken, zoals je hebt gelezen in mijn vorige bloggen. Het was erg wennen om weer 'gewoon' les te krijgen. Er kwamen een aantal interessante onderwerpen voorbij. Onderwerpen zoals, virtual reality en augmented reality, blended learning, micro:bit en verschillende presentatievormen.
VR of AR
Wat is VR? Wat is AR? Hoe kun je met VR werken? Hoe kun je VR en AR in het onderwijs inzetten? Wat is het verschil tussen VR en AR? Waar heb ik al ooit mee gewerkt?
Bij Virtual Reality stap je met een speciale bril een andere wereld binnen.
Virtual Reality kun je makkelijk inzetten bij bijvoorbeeld aardrijkskunde of geschiedenis. Wil je iets weten over vroeger of ergens op de wereld iets ervaren hoe het in die tijd of op die plek was, zoek het op in Google en je kunt het zo ervaren!
Net zoals een filmpje in de klas geen vervanging is van een goede les, is ook VR niet effectief wanneer het als een soort afleiding of tijdvulling wordt ingezet.
Let wel op dat je niet te lang je VR-bril op blijft houden, je kunt er namelijk misselijk van worden of hoofdpijn van krijgen.
Handig VR-apps:
- Apollo 11 VR Experience
- Google Expeditions
- Sites in VR
- Dinosaurs
- EarthVR-MMO
Bij Augmented Reality wordt een extra laag over de werkelijkheid gelegd, die je via de camera van je smartphone of tablet kunt aanschouwen.
Ook augmented reality kun je gemakkelijk inzetten in de lessen. Je kunt voor de bovenbouw bij beeldende vorming huizen laten ontwerpen en deze tot leven laten komen. Voor de onderbouw is de app Quiver aan te raden, om een prentenboek te maken, met hun eigen tekeningen die tot leven komen. AR is zeker een toevoeging binnen het onderwijs, maar net als VR geen vervanging voor een goede les.
Handige AR-apps:
- Layar
- Blippar
- Quiver
- Pokémon Go
Zelf heb ik VR en AR nog niet in de praktijk uitgeprobeerd met mijn stageklas. Op de PABO heb ik zelf al ervaring op mogen doen met VR, dit vond ik echt heel gaaf. Ik heb verschillende apps uitgeprobeerd. Ik werd na een tijdje wel een beetje licht in mijn hoofd, doordat je continu gefocust bent op een wereld waar je helemaal in zit. AR heb ik zelf ook nog niet uitgeprobeerd. Mij lijkt de app Quiver erg interessant om uit te proberen in mijn stageklas.
Blended learning
Wat is blended learning? Wanneer is blended learning effectief? Welke vormen van blended learning zijn er? Hoe kan ik blended learning het beste inzetten?
Blended learning combineert contact onderwijs met online leren. Blended learning ontwikkelt zich steeds verder in het onderwijs. Er zitten veel voordelen aan blended learning. Zoals de verwachting tot verbetering van het onderwijs, toegankelijkheid voor leerlingen die minder vaak aanwezig kunnen zijn in de lessen en het onderwijs zou minder kunnen gaan kosten. Uit de studie (Spanjers et al., 2014) blijkt dat blended learning gemiddeld iets effectiever is dan meer traditioneel contactonderwijs en ongeveer even aantrekkelijk. Ook blijkt uit het onderzoek dat de effectiviteit van blended learning samenhangt met het regelmatig laten maken van online toetsen, zelftesten en quizzen.
Ik kan blended learning inzetten door verschillende vormen van blended learning te gebruiken. Je hebt namelijk verschillende modellen, flipped classroom, face-to-face driver, rotation model, flex model, online lab model, self-blend model en online driver model. Voor de uitleg van de modellen kun je kijken op http://www.meesterralph.nl/wordpress/kennismaken/mijn-blended-learning/blended-learning/de-7-vormen-van-blended-learning-uitgelegd/
Het model dat het meeste geschikt voor het basisonderwijs is het rotation model. Face-to-face onderwijs en online onderwijs wisselen volgens een vast schema. Zo kun je bekijken bij welke les je het beste face-to-face in kunt zetten en bij welke les je het beste online onderwijs in kunt zetten. Zo kun je blended learning nog effectiever uit laten pakken.
Bibliografie
Kennisnet. (2016). Virtual reality in het onderwijs. Geraadpleegd op 8 juni 2017, van https://www.kennisnet.nl/fileadmin/kennisnet/publicatie/Virtual_reality_in_het_onderwijs.pdf
Kennisnet. (2016). Virtual en augmented reality in de klas? 'We zijn er nog lang niet'. Geraadpleegd op 8 juni 2017, van Kennisnet: https://www.kennisnet.nl/artikel/virtual-en-augmented-reality-in-de-klas-we-zijn-er-nog-lang-niet/
Spanjers, I., Könings, K., Leppink, J. & Merriënboer, J. van. (2014). Blended learning effectiever met regelmatig online toetsen. Weten wat werkt en waarom. 3(4), 22-29.
Stroom, R. van der. (2012) De 7 vormen van Blended Learning. Geraadpleegd op 8 juni 2017, van http://www.meesterralph.nl/wordpress/kennismaken/mijn-blended-learning/blended-learning/de-7-vormen-van-blended-learning-uitgelegd/
Reactie plaatsen
Reacties
Hoi Cindy,
Wat leuk dat je je stukje begint met vragen die jij hebt bij een onderwerp. Ik zie ook terug dat die in de loop van je blog worden beantwoord.
Ik ben erg benieuwd welke app jij prettig vindt om te gebruiken voor VR en AR.
Je hebt ook goed de theorie verwerkt in het stukje blended learning. Ook fijn dat je een filmpje erbij hebt staan die kort even uitlegt wat die vormen van blended learning zijn.
Je manier van bloggen is fijn om te lezen en vooral ook leuk dat je de koppeling maakt naar jouw stage.
We zijn op de helft van de minor, JA, ik kan het!
1 juni 2017
De weken vliegen voorbij. Er zijn alweer vijf van de tien weken voorbij van de minor kind, leren en media. De eerste tools zijn uitgeprobeerd, de eerste stappen van het onderwijsontwerp zijn gemaakt en ook de eerste vijf blogs zijn geschreven. Ik ben al goed op weg en ik lig op schema. De komende vijf weken nog even goed knallen met de minor en dan is het schooljaar alweer voorbij. Wat gaat de tijd toch snel!
Toen ik aan deze blog begon, wist ik nog niet zo goed waar ik moest beginnen. Ik had een aantal onderwerpen in gedachte die ik nog in mijn blog wilde verwerken. De volgende vraag die dan in mijn opkomt is, 'HOE' ga ik dat doen. Ik ben na gaan denken hoe ik de mindset en de innovatietheorie van Rogers duidelijk voor mezelf in beeld kon krijgen. Hierdoor zijn er een aantal vragen in mij opgekomen. Lees verder om achter de antwoorden te komen.
Wat zijn de fases van de innovatietheorie? Herken ik de innovatietheorie in de echte wereld? In welke fase zit ik meestal? Welke mindsets bestaan er? Welke mindset past bij mij? Hoe zie je verschillende mindsets terug in het onderwijs?
Mindset
Volgens Dweck (2006) bestaan er twee mindsets. Tussen deze mindsets wordt voortdurend gewisseld. Je hebt de 'fixed mindset' en 'growth mindset'. Het grootste verschil tussen deze twee mindsets is is dat je bij de growth mindset de gedachte hebt 'Ik kan nog heel veel leren' en bij de fixed mindset de gedachte hebt 'Ik kan alles al en alles lukt vanzelf'.
Ik zit vaak tussen deze twee mindsets in. Soms heb ik het idee van hier heb ik genoeg voor gedaan en daar ben ik helemaal klaar mee. Dan zit ik meer in de fixed mindset. Meestal sta ik open om te leren, zodat ik mezelf nog meer kan ontwikkelen op allerlei gebieden. Als ik een doel voor ogen hebt, dan kom ik er ook. Maakt niet uit op welke manier. Dan heb ik de growth mindset.
In de praktijk merk ik ook dat de leerlingen verschillende mindsets hebben. Zo zijn er altijd leerlingen die meteen roepen 'ik kan het niet of dit gaat mij nooit lukken'. Leerlingen die dit meteen roepen hebben een fixed mindset. De leerkracht is er dan verantwoordelijk voor om die fixed mindset om te buigen in een growth mindset.
Als leerkracht moet je er dus ook voor zorgen dat kinderen blijven wisselen van mindset. De mindset van de leerkracht is van groot belang. Ik merk als ik zelf positief ingesteld ben, dat ik de kinderen ook makkelijker in de growth mindset blijf houden. Je blijft als leerkracht het grote voorbeeld.
Bibliografie
Eelants, M. (z.d.). Adoptiemodel Rogers.
Geraadpleegd op 1 juni 2017, van https://www.strategischmarketingplan.com/marketingmodellen/adoptiemodel-van-rogers/
Oosterhout, van, M. (2004-2017). Mindset. Geraadpleegd op 1 juni 2017, van http://www.carrieretijger.nl/carriere/zelfonderzoek/mindset
Innovatietheorie van Rogers
Zoals je hierboven ziet, heb je vijf verschillende fases van de innovatietheorie.
Innovatoren zijn mensen die altijd alles als eerste moeten hebben en deze ook als eerste willen testen. De meeste innovatoren zijn jonge mensen.
Pioniers zijn de belangrijkste groep mensen. Het nieuwe product is pas een succes, als de pioniers het product heeft gekocht. Na deze groep, volgen ook de andere groepen om het product te kopen.
Voorlopers zijn mensen die het product graag willen hebben, maar erg twijfelen over hun aankoop.
Achterlopers zijn een groep mensen die een product alleen kopen wanneer het grootste deel van de mensen het al uitgeprobeerd heeft.
Achterblijvers zijn mensen die niet van verandering houden en deze mensen hebben vaak weinig te besteden. Achterblijvers zijn vaak oudere mensen.
Over de vraag herken ik de fases in de echte wereld, kan ik maar één antwoord bedenken, JA! Bij ieder product dat de wereld in komt kan ik bij iedere fase wel iemand benoemen die het altijd als eerste iets moet hebben. Ik zit zelf vaak in de groep van achterlopers. Ik hoef niet altijd alles als eerste te hebben, maar uiteindelijk vind ik het wel erg fijn om met de tijd mee te gaan en ben ik wel zeker van mijn aankoop!
Reactie plaatsen
Reacties
Dag Cindy,
Interessant dat je de innovatietheorie en de concepten fixed en growth mindset op jezelf toepast. Sterk! Een aanvulling zou nog kunnen zijn dat je het ook op jouw stageschool of -klas toepast. Of jouw persoonlijke analyse verder aankleedt met concrete voorbeelden. Op welk moment dacht jij: nu heb ik een growth mindset of, nu ben ik een echter achterloper?
Ga zo door!
Groeten,
Kenneth
ps. tip: Jouw titel van de blog dekt nu niet de inhoud. Je kunt inspiratie opdoen bij je medestudenten.
Beste Cindy,
Het bericht is fijn geschreven. Je kan er goed doorheen lezen.
Fijn om te lezen dat je op schema ligt.
Ik zie dat je de theorie van mindset en de innovatietheorie goed in beeld hebt. En dat je het goed gekoppeld hebt aan je eigen ervaringen. Het is fijn om te lezen dat je jezelf kan verplaatsen in de theorie. En dat je zo goed weet in welke stadia je zit.
De tekst in de laatste afbeelding is niet te lezen. Misschien zou je de afbeelding wat groter kunnen maken. Want nu heeft het plaatje geen toegevoegde waarde en dat is zonde, aangezien je hier waarschijnlijk wel goed over na hebt gedacht.
Groetjes,
Femmie
Onverwachts had ook de juf ineens 'een mini-vakantie'
24 mei 2017
Dat was een verassing. We kregen op de facebook van de minor een berichtje dat we na twee inspirerende dagen op stage de woensdag ook al vrij waren. Zoals ik het tegen de kinderen op stage vertelde: 'We hebben een mini-vakantie'. Zo mocht ook de juf van een 'mini-vakantie' gaan genieten, met extra lekker weer. In de mini-vakantie kon ik niet alleen genieten van het warme weer, maar moest er ook nagedacht worden over hoe ik de Ipads op mijn stageschool effectief ik kan zetten en welke tools ik nog wil uitproberen op mijn stage. Genoeg onderwerpen en nadenktijd in 'mijn mini-vakantie'.
De afgelopen twee stagedagen ben ik druk bezig geweest met de onderzoeksvraag "Hoe kun je de Ipad effectief tijdens de lessen inzetten?".
Ik ben uit gaan zoeken wat de behoefte van de school is, maar ook welke apps ik effectief in zou kunnen zetten tijdens de lessen. Samen met een aantal kinderen heb ik sommige apps al kunnen uitproberen. Tijdens het testen heb ik vooral op de betrokkenheid van de kinderen gelet en hoe makkelijk de kinderen uit groep 4 zelfstandig met de apps aan de slag kunnen. Verder ben ik op onderzoek uitgegaan wat de kinderen nodig hebben om te oefenen op de ipad en wat de kinderen nodig hebben om de ipad zelf effectief in te zetten gedurende de dag. De komende week kan ik hiermee weer aan de slag.
Onder het kopje Onderwijsontwerp komt hier meer over.
Reactie plaatsen
Reacties
Hoi Cindy,
Leuk om te lezen wat je hebt gedaan op stage. Het is persoonlijk en leest fijn door. Ik zou wel nog even naar de zin: Ik ben uit..... in te zitten. Goed dat je een link maakt naar je onderwijsontwerp. Heb je daar ook de theorie staan over hoe apps kunnen helpen bij het leren? Het is een tip :)
Groetjes Marleen
In de zon spelletjes spelen
18 mei 2017
Wat een heerlijk weertje de afgelopen dagen. Wat een geluksvogel ben ik, dat ik juist deze week mee op kamp mocht met basisschool de Palster. Hierdoor miste ik wel twee dagen stage en één dag school op de pabo. Vandaag ben ik weer helemaal 'up to date' na contact te hebben gehad met klasgenoten. Interessant hoor, gamification, gamedesign, trends en ontwikkelingen rondom ICT in het onderwijs. Lees hieronder meer over deze onderwerpen.
Gamification is het gebruik van spellen om mensen doelgericht kennis en vaardigheden aan te leren. Het toepassen van gamedenken en gametechnieken in een niet-game omgeving staat hier centraal. Bij gamification wordt er gebruik gemaakt van spelelementen en denkwijze om activiteiten uitdagender en leuker te maken en de gebruikers te motiveren en hun ervaring te verrijken.
Maar wat is gamedesign dan?
Als leerkracht kun je aan de slag met gamedesign in je klas. Dit wil zeggen dat je een eigen game kan maken en goed kan inzetten bij je leerlingen. Het werken met gamedesign is zeer krachtig.
Voor mijn gevoel verbetert dit de motivatie van de leerlingen en de leerkracht. Zo blijft de betrokkenheid van de kinderen ook hoger.
Eigen ervaring met gamification
Tijdens LA7 stond bij ons gamifiction centraal. Doordat ik punten kon verdienen met het maken van de opdrachten en ik zoveel mogelijk punten wilde verdienen, werd mijn motivatie nog meer getriggerd om beter mijn best te doen en zoveel mogelijk punten te verzamelen.
Als excursie ben Ik samen met de andere derde jaarsnaar de Prins Bernhard Kazerne in Amersfoort geweest.
De verschillende militairen hebben mij inzicht gegeven in de simulatiegames die gebruikt worden bij de landmacht. Ze lieten zien hoe zij de simulatiegames gebruiken om militairen voor te bereiden op de uitzending. Vervolgens heb ik kennis gemaakt met de manier waarop je simulatiegames in kunt zetten in het onderwijs. Bijvoorbeeld om te gebruiken bij verkeer. Je kunt de kinderen dan via de games kennis laten maken met echte verkeerssituaties.
Trends en ontwikkelingen rondom ICT in het onderwijs
Onderwijs is altijd in beweging. Hierdoor is de ICT in het onderwijs ook altijd in ontwikkeling. De Hype Cycle van marktonderzoeksbureau Gartner Research helpt om in kaart te brengen hoe een nieuwe technologie zich ontwikkelt.
Er zijn verschillende fases in de Hype Cycle van Gartner. Deze kun je hieronder kort vinden.
Fase 1: Technology trigger
De nieuwe techonologie wordt voor het eerst onder de aandacht gebracht bij de pers en de media. Dit kan gebeuren tijdens een productlancering.
Fase 2: Peak of Inflated Expectations
In deze fase worden grote verwachtingen rondom het concept verwacht. Dit is het hoogtepunt van het product.
Fase 3: Trough of Desillusionment
Dit is een fase waarin de hoge verwachtingen van de technologie tegen vallen en de teleurstelling in de technologie overheerst. Een soort van dieptepunt in de hype cycle.
Fase 4: Slope of Enlightenment
Als fase drie voorbij is komt er langzaamaan weer positief nieuws over de technologie en hiermee groeit het begrip over het effectief inzetten van technologie.
Fase 5: Plateau of Productivity
Als laatste fase gaan de organisaties de technologie inzetten. De opbrengsten die bekeken worden zijn bewezen in de praktijk.
Welke trends binnen ICT in het onderwijs zijn nu in volle gang?
Overal zie je ontwikkelingen binnen het onderwijs. Zoals je hierboven bij Hype cycle van Gartner ziet. Niet alleen de theorieën beschrijven dat er veel ontwikkeling is, op de basisscholen zie je dat ook. Zo hebben ze op mijn basisschool een 'Slimmobiel' aangeschaft. In die slimmobiel zitten heel veel verschillende materialen waarmee de kinderen aan de slag kunnen. Zo zit er een blue-bot en Virtual Reality bril in. Op deze manier gaat mijn stageschool met de trends mee.
Wat is nu eigenlijk de slimmobiel?
Er wordt veel geschreven en gesproken over de 21ste eeuwse vaardigheden. Maar hoe ziet dat er in de praktijk uit? Rijd de Slimmobiel naar binnen en er is meteen een Wow-effect. Open de Slimmobiel en bij iedereen wordt de nieuwsgierigheid geprikkeld. Bij iedere vaardigheid hebben wij de nieuwste materialen uitgezocht waarbij de onderzoekende houding wordt gestimuleerd. De 21ste eeuwse vaardigheden voor het eerst in 3D! Wil je meer informatie over de slimmobiel? Kijk dan even op https://www.slimmobiel.com/
Bibliografie
Kennisnet. (2016). Trendrapport help scholen navigeren tussen trends en hypes. Opgeroepen op 18 mei 2017, van Kennisnet: https://www.kennisnet.nl/artikel/trendrapport-helpt-scholen-navigeren-tussen-trends-en-hypes/
van Leeuwen, M. ( 2016) Wat is gamification deel 1 & 2. Geraadpleegd op 18 mei 2017, van http://e-learningwijzer.nl/wat-is-gamification/
Peeters, W. (2015). Wat is gamification? Geraadpleegd op 18 mei 2017, van http://www.vernieuwenderwijs.nl/wat-is-gamification/
Van Vliet, V. (2012). Diffusie van innovatie (Rogers). Geraadpleegd op 18 mei 2017, van http://www.toolshero.nl/marketing-modellen/diffusie-van-innovatie/
Reactie plaatsen
Reacties
Hoi Cindy
Je hebt goed aangegeven wat gamification voor jou doet in de klas. Je benoemt ook duidelijk wat jou ervaring zelf met dit onderwerp is. Echt heel erg leuk! Daarnaast heb je de theorie over de trendcurve ook goed verbonden aan het onderwerp gamification. Je geeft ook goed de koppeling naar jouw stage weer door te zeggen welke dingen er bij jou op school zichtbaar zijn op het gebied van die trends. Je legt ook even kort uit wat de slimmobiel nu eigenlijk is. Fijn dat je daarbij ook een link hebt geplaatst voor diegene die daar nog meer in geïnteresseerd is. Al met al een goede blog waar je fijn door heel leest! Ga zo door!
Dag Cindy,
Je bent al flink aan het bloggen en deelt jouw eigen ervaringen zowel als student als op de werkplek. Je zou die ervaringen nog sterker kunnen koppelen aan de praktijk. Welke elementen van gamification zaten er in LA7? In welke fase van de hype-cycle zit de Blue-bot of de VR-bril?
Ik zie nog geen toolbeschrijvingen. Klopt dat?
Veel succes!
groeten,
Kenneth
De informatie vliegt je om de oren...
10 mei 2017
De afgelopen dagen zijn er super veel begrippen vanuit de kennisbasis voorbij gekomen. Begrippen waarvan ik nog niet zo goed wist wat het inhield. Na de informatie en het verwerken van de begrippen in opdrachten weet ik nu wel hoe ik de inhoud in kan zetten in de praktijk. Ben je benieuwd hoe ik de inhoud kan inzetten, lees verder...
Wat een interessante dag was het vandaag, ik heb veel input gekregen vanuit de minor. Informatie over het vier in balans model, leerkrachtvaardigheden en over t-pack.
Wat is nu eigenlijk het Vier in Balans model?
Het model beschrijft de voorwaarden die nodig zijn om ICT in het onderwijs goed te kunnen gebruiken. In de praktijk zie je vaak dat de scholen achteraan in het model beginnen, namelijk bij infrastructuur. Ze bestellen een aantal tablets, zonder dat ze eigenlijk weten wat ze ermee willen. Om dit te voorkomen kun je het beste het vier in balans model gebruiken. Het model laat je eerst nadenken over wat jij zou willen bereiken binnen ICT in het onderwijs, vervolgens over wat voor kennis je nodig hebt om er gebruik van te kunnen maken. Als je dit duidelijk voor ogen hebt, bekijk je wat je nu al voor mogelijkheden hebt qua software en elektronische leeromgeving. Als laatste gaat het om de mogelijkheden binnen de school met betrekking tot laptops, computers, tablets etc.
In het filmpje 'Vier in Balans Xplained' wordt op een makkelijke manier uitgelegd hoe het vier in balans model werkt.
Waar denk je aan als je denkt aan leerkrachtvaardigheden?
Deze hoofdvraag kregen we gesteld aan het begin van de les, hier moesten we door iedere keer onze lijst aan te vullen steeds duidelijker een antwoord op krijgen. Samen met Anita en Femmie ben ik gaan bekijken welke vaardigheden ik vond passen bij ICT in het onderwijs.
Gedurende de dag hebben we de lijst aangevuld en hebben we dingen weg kunnen strepen. Na het aanvullen en wegstrepen moesten we vier vaardigheden uitkiezen die voor ons het belangrijkste waren.
- Enthousiasme
- ICT-bekwaam
- Open staan voor verandering
- Op de hoogte zijn van ontwikkelingen.
Samen met twee andere groepen moesten we de vaardigheden bij elkaar leggen en daar de vier belangrijkste uitkiezen. Voor onze groep waren dat de onderstaande vaardigheden.
- ICT-bekwaam. Het is belangrijk dat de leerkracht weet wat er allemaal kan en hoe dit kan.
- Out of the box denken. De leerkracht moet nieuwsgierig zijn en durven te experimenteren.
- Trends & ontwikkelingen volgen en toepassen. De leerkracht moet op de hoogte zijn van de nieuwe ontwikkelingen op het gebied van onder andere ICT en moet ook gedreven zijn om dit uit te willen proberen in de klas.
- Missie/visie. De leerkracht moet weten wat voor doel hij voor ogen heeft. Hij moet weten wat hij zichzelf en de kinderen wil leren.
Hoe kun je het T-PACK inzetten tijdens verschillende lessen?
Het TPACK-model van Mishra en Koehler (2006) bestaat uit vakinhoud, didactiek en ICT. Met dit model laat je zien dat je weet hoe je ICT inzet in je didactiek om de vakinhoud zo beter over te brengen op de leerlingen. Het is namelijk altijd leuk om ICT in te zetten om iets aantrekkelijker te maken.
Door uit iedere categorie iets te pakken, kun je ICT op een goede manier tijdens je lessen inzetten.
1. Vakinhoud: Kies de leerstof voor de kinderen uit die je centraal wil stellen.
2. Didactiek: Kies een werkvorm uit die je tijdens de les aan bod wil laten komen.
3. ICT: Kies een tool uit die van toegevoegde waarde is op de didactiek en de vakinhoud.
Wil je nog meer uitleg of voorbeelden van het T-pack? Klik dan op de button.
ICT-bekwaam? Wat is dat?
Als je ICT-bekwaam bent, dan weet je waar je mee bezig bent op het gebied van ICT. Er wordt gewerkt met vier verschillende aandachtsgebieden, deze aandachtsgebieden staan hieronder uitgelegd. Voldoe je aan alle onderstaande aandachtsgebieden dan ben je ICT-bekwaam.
1. Pedagogisch-didactisch handelen
Leraren ondersteunen hun onderwijs met ict-hulpmiddelen. Zij kunnen beoordelen wanneer ict meerwaarde heeft en passen hun kennis en vaardigheden op gebied van leerinhoud, pedagogiek, didactiek en technologie in samenhang toe.
2. Werken in de schoolcontext
Leraren gebruiken ict-middelen om hun werk te organiseren en te verantwoorden. Ze gebruiken de ict-systemen van de school om hun eigen werk te organiseren, om met collega's en ouders te communiceren en om hun eigen handelen te verantwoorden.
3. Professionele ontwikkeling
De leraren moeten hun eigen vakbekwaamheid onderhouden en ontwikkelen. Ze kunnen die doen door gebruik te maken van ict-middelen. Zij kunnen de meest actuele informatie online vinden en weten hoe ze ict kunnen inzetten om vakbekwaam te blijven.
4. Digitale geletterdheid
Digitale geletterdheid maakt deel uit van de 21ste eeuwse vaardigheden. Er zijn vier onderdelen die vallen onder de digitale geletterdheid.
- Ict-(basis)vaardigheden
De kennis en vaardigheden die nodig zijn om de werking van computers en netwerken te begrijpen, om te kunnen omgaan met verschillende soorten technologieën en om de bediening, de mogelijkheden en de beperkingen van technologie te begrijpen.
- Computational thinking
Het procesmatig (her)formuleren van problemen op een zodanige manier dat het mogelijk wordt om met computertechnologie het probleem op te lossen.
- Media wijsheid
Mediawijsheid omvat de kennis, vaardigheden en mentaliteit die nodig zijn om bewust, kritisch en actief om te gaan met media.
- Informatievaardigheden
Het kunnen signaleren en analyseren van een informatiebehoefte en op basis hiervan het kunnen zoeken, selecteren, verwerken en gebruiken van relevante informatie.
Bibliografie
Anderson, M. (2013). Technological, Pedagogical and Content Knowledge. Geraadpleegd op 10 mei 2017, van https://ictevangelist.com/technological-pedagogical-and-content-knowledge/
Kennisnet (2016). Wat is ICT-bekwaamheid? Geraadpleegd op 10 mei 2017, van https://www.kennisnet.nl/artikel/wat-is-ict-bekwaamheid/
Kennisnet (2016). Werken aan digitale geletterdheid, zo doe je dat. Geraadpleegd op 10 mei 2017, van https://www.kennisnet.nl/artikel/werken-aan-digitale-geletterdheid-zo-doe-je-dat/
Kennisnet, S. (2015). Het vier in balans-model: optimaal rendement met ICT. Geraadpleegd op 10 mei 2017, van https://www.kennisnet.nl/artikel/het-vier-in-balans-model-optimaal-rendement-met-ict/
Zuiderman, D. (2014). Vier in blans Xplained. Geraadpleegd op 10 mei 2017, van https://www.youtube.com/watch?v=tXTKcPmIAhQ
Zuiderman, D. (2014). TPACK Xplained. Geraadpleegd op 10 mei 2017, van https://www.youtube.com/watch?v=Brz0WXJxUyw
Reactie plaatsen
Reacties
Beste Cindy,
Je titel is lekker pakkend! Ik wordt gelijk nieuwsgierig. Ook is het erg fijn dat je vragen stelt in jouw blog. Zo ga je nog beter nadenken over het onderwerp. Leuk dat je een filmpje hebt toegevoegd.
Ik ben erg benieuwd naar je volgende berichten!
Groetjes,
Femmie
Start van de minor KLM!
04 mei 2017
Wat weet ik nu eigenlijk allemaal al over ICT? Hoe zijn de eerste dagen van de minor verlopen? Wat heb ik de afgelopen dagen al gedaan? Wat wil ik nog leren komende 10 weken?
Gisteren was het dan zover, de minor KLM ging van start. De eerste dagen van de minor zitten erop. Wat heb ik veel informatie gekregen en wat was het lang stilzitten. Dit was even wennen na 10 weken lang veel in beweging te zijn geweest tijdens de minor bewegingsonderwijs.
De afgelopen dagen heb ik....
- kennisgemaakt met een nieuwe locatie.
- kennisgemaakt met nieuwe klasgenoten.
- kennisgemaakt nieuwe docenten.
- meegedaan met de #KLMbattle en we zijn derde geworden met ons groepje.
- uitleg gekregen over de minor KLM en over de opdrachten.
- gemerkt hoe je prowise in kunt zetten en interactief met de groep bezig te zijn.
- de tool bomberbot getest en een leerkrachten-account aangemaakt.
- verschillende robots gezien, zoals bee-bot, blue-bot, m-bot.
- literatuur aangeboden gekregen van Frank Verwater.
Kennisbasis ICT
Trends en ontwikkelingen in ICT en onderwijs | Innovatie met ICT en onderwijs Bekwaamheid leerkrachten | Programmeren | Computational thinking | Maker education | Gamification | Game design | Blended learning | Social media | Mediawijsheid | Didactische modellen voor ICT en media | Innovatief onderwijs ontwerpen | Creatief denken | Attitude t.o.v. ICT in het onderwijs
De afgelopen jaren heb ik al met een aantal begrippen vanuit de kennisbasis gewerkt. Andere begrippen ken ik ook nog helemaal niet en van sommige heb ik wel ooit van gehoord, maar nog niet mee gewerkt.
Een aantal begrippen zijn de afgelopen dagen al voorbij gekomen, zoals social media, mediawijsheid, enkele didactische modellen voor ict en media, programmeren, computational thinking, verschillende bekwaamheden van leerkrachten.
Begrippen waar ik nog meer over te weten wil komen zijn:
Trends en ontwikkelingen in ICT en onderwijs | Innovatie met ICT en onderwijs | Maker education | Blended learning | Didactische modellen voor ICT en media | Innovatief onderwijs ontwerpen | Enkele onderwerpen vanuit creatief denken | Attitude t.o.v. ICT in onderwijs
De komende 10 weken kan ik voldoende op onderzoek uit gaan!!
Reactie plaatsen
Reacties
Hoi Cindy,
Leuke blog! Leuk dat je vertelt wat je al gedaan hebt en wat je nog wil leren.
Tip: Misschien kun je nog naar de alinea kijken waar je begint met Sommige begrippen... Vooral het woordje sommige.
Ik ben benieuwd naar je volgende blog en wat je allemaal in de klas gaat doen!
Groetjes Marleen
Reactie plaatsen
Reacties
Beste Cindy,
Leuk om te lezen dat je terug kijkt naar de minor KLM. Fijn om te lezen dat je een planning voor jezelf hebt gemaakt, zodat je niet in tijdnood komt. Wel jammer dat je planning toch niet helemaal bleek te werken aan het einde. Je komt toch nog een klein beetje in tijdnood, maar ik hoop dat de planning voor de rest wel goed heeft geholpen. Je kunt er alleen maar van leren. De volgende keer kun je tijd inplannen voor de onverwachte dingen.
Wat fijn om te lezen dat je trots bent op de dingen die je uiteindelijk hebt bereikt met de kinderen. Ook is het erg goed om te lezen dat je de ICT vaardigheden die je nu hebt geleerd, mee gaat nemen naar volgend jaar.
Nog eventjes doorbijten. Ga zo door!
Groetjes,
Femmie